Hoe ziet een krant er eigenlijk uit en wat staat er in? In deze les maken de leerlingen kennis met de krant en de tekstsoorten die erin staan.
Voor deze les is het fijn als iedere leerling of tweetal een fysieke krant heeft om in te bladeren. Via Nieuws in de klas is het mogelijk om vier weken lang twee krantentitels fysiek (twee exemplaren per titel), en 3 krantentitels online in de klas te ontvangen. Verschillende docenten van dezelfde school kunnen kranten bestellen via Nieuws in de klas.
Wat je leert:
- Hoe een krant eruit ziet
- Wat het verschil is tussen een regionale en landelijke krant
- Hoe een krant is ingedeeld, met bijvoorbeeld verschillende rubrieken en tekstsoorten
- Herkennen van verschillende tekstsoorten in de krant
- Een eigen mening vormen over de krant
- Leerdoel: Begrijpend lezen, Leesvaardigheid, Mediawijsheid
- Vak: Maatschappijleer, Maatschappijwetenschappen, Nederlands
Lessuggesties
Kennismaken met de krant
- VO Bovenbouw
- VO Onderbouw
Sommige leerlingen zullen vaker door een krant bladeren, voor andere leerlingen is het misschien wel de eerste keer. Bij deze kennismaking met de krant, ga je met de hele klas op ontdekkingstocht door de krant. Zorg dat iedere leerling of ieder tweetal een eigen krant heeft om doorheen te bladeren.
Individueel / tweetallen
- Blader alleen of in tweetallen door de krant.
- Schrijf op wat je allemaal opvalt. Te denken valt aan:
Eerste indruk. Wat vind je van het formaat? En van het papier? Hoe voelt het? Hoe ziet het eruit? Wat vind je van de indeling? Is het overzichtelijk? Wat vind je van de hoeveelheid tekst? Zijn er voldoende plaatjes?
Regionaal of landelijk. Richt jouw krant zich op landelijk (nationaal) en buitenlands (internationaal) nieuws of meer op nieuws uit de regio?
Rubrieken. Die staan meestal bovenaan de krantenpagina, zoals ‘binnenland’ of ‘buitenland’. Welke rubrieken staan er bij jou in?
Tekstsoorten. Lijken alle teksten op elkaar? Of zie je ook verschil? Verschilt dat per rubriek? Kun je verschillende tekstsoorten herkennen en benoemen?
Foto’s. Staat bij elk artikel een foto of afbeelding? Wat valt op aan de foto’s?
En wat staat er nog meer in de krant?
Klassikaal
Bespreek de volgende vragen klassikaal door beurten te geven:
- Wat was je eerste indruk?
- Stond er vooral landelijk en buitenlands nieuws in jouw krant of ook veel nieuws uit de regio?
- Welke rubrieken stonden er bij jou in de krant?
- Welke tekstsoorten heb je herkend?
- Wat viel je op aan de foto’s?
- Wat heb je nog meer gezien of gelezen in de krant?
Als de extra opdracht ‘Ik vind de krant…’ niet wordt gedaan, dan kan deze vraag nog toegevoegd worden:
- Wat vind je van de krant? Waardevol? Of zie je het nut er niet van in? Waarom?
Tekstsoorten in de krant
- VO Bovenbouw
Door de kennismaking met de krant hebben de leerlingen ontdekt dat er meerdere tekstsoorten in de krant staan.
Klassikaal
- Pak het Journalistieke handboek van Nieuws in de klas erbij en bespreek de verschillende tekstsoorten (genres) die er in de krant staan:
Nieuwsbericht – Achtergrondartikel – Interview – Opinieartikel – Commentaar – Profiel of persoonsbeschrijving – Column – Cartoon – Recensie – Ingezonden brief
Tweetallen
- Vind bij elke tekstsoort een artikel in de krant. Dit kunnen jullie als volgt noteren:
Krant: Algemeen Dagblad (voorbeeld)

Klassikaal
Bespreek de bevindingen klassikaal en geef beurten:
- Hoe herkende je de tekstsoort?
- Welke tekstsoort sprak jou het meest aan?
Extra opdracht: Favoriet
- VO Bovenbouw
- VO Onderbouw
De leerlingen hebben de krant goed doorgebladerd en gekeken naar de verschillende tekstsoorten / journalistieke genres. Welk artikel spreekt hen het meest aan en waarom?
Individueel
- Ga in de krant op zoek naar het artikel dat jou het meest aanspreekt en knip deze uit.
Tweetallen
- Vertel aan elkaar waarom je specifiek voor dit artikel hebt gekozen.
Klassikaal
- Een aantal leerlingen krijgt de beurt om te vertellen over het uitgekozen artikel. Wat maakt dit artikel bijzonder of interessant?
Bonus: Eigen krant
- Verzamel al jullie uitgeknipte artikelen en maak er een eigen krant van door alle artikelen op de muur of op grote bladen te plakken.
Klassikaal
- Bespreek de eigen krant. Wat valt op? Houden jullie bijvoorbeeld vooral van binnenlands nieuws, of van sportnieuws? Zijn er vooral columns opgeplakt of interviews? Hoe divers of eensgezind zijn jullie als klas?
Bonus: Poster maken
Maak van je favoriete artikel een poster!
Individueel / tweetallen
Pak een groot vel en plak daarop het artikel dat je hebt uitgekozen. Daaromheen teken, plak of schrijf je alles waar het artikel jou aan doet denken. Bijvoorbeeld:
Welke woorden of zinnen uit het artikel vind je belangrijk? Schrijf ze op je poster.
Waar doet het artikel je nog meer aan denken? Schrijf of teken het op je poster.
Kom je op ideeën door het artikel? Schrijf of teken ze op je poster.
Zie je plaatjes in je hoofd als je het artikel leest? Teken ze op je poster.
Staan er woorden in die je niet begrijpt? Schrijf ze op je poster en zet er een vraagteken bij.
Klassikaal
Bespreek (enkele) posters klassikaal, of bespreek er iedere dag een paar.
Als je de beurt krijgt, leg je uit wat je op je poster hebt getekend, geschreven of geplakt. De leerkracht besteedt aandacht aan de woorden met een vraagteken.
Maak jullie eigen nieuwsmuur met alle posters!
Extra opdracht: Ik vind de krant…
- VO Bovenbouw
- VO Onderbouw
De leerlingen hebben de kranten goed doorgespit bij de vorige opdrachten, maar wat vinden ze eigenlijk van de krant? Zien ze de waarde ervan in, of vinden ze het maar onzin? Test het met een lijn door de klas.
Klassikaal
- De leerkracht trekt een (denkbeeldige) lijn waar jullie allemaal op kunnen staan.
De vraag is: Hoe belangrijk vind jij de krant? - Hoe verder je naar links gaat staan, hoe onbelangrijker je de krant vindt.
- Hoe verder je naar rechts gaat staan, hoe belangrijker je de krant vindt.
- De docent/leerkracht geeft een aantal leerlingen de beurt om te vertellen waarom ze voor die plek hebben gekozen. Als je door de argumenten van je klasgenoot van mening verandert, mag je ook van plek veranderen op de lijn.
- Ga allemaal weer zitten en bespreek kort met elkaar wat er gebeurde op de lijn. Wat zijn de bevindingen? Hoe belangrijk vinden jullie de krant?